Iemands
voorkeuren en karakter worden gevormd door de
verschillende sanskaars en alle daden die hij
of zij uitvoert. Het woord sanskaar komt van
het Sanskriet en betekent "perfecte daad".
Sanskaars zijn hoogwaardige zuiverings- en
spiritualiseringsrituelen; een soort heilige
sacramenten. Het ritueel berust op
handelingen die in harmonie zijn met
metafysische regels die ten grondslag liggen
aan de onzichtbare werkelijkheid. Dit is de
werkelijkheid die niet kan worden gezien door
onze zintuigen in de onzichtbare wereld.
Sanskaars vernietigen slechts karmische
reacties en stimuleren gunstige invloeden van
moeder natuur, ze werken beschermend en
zegenend, en stimuleren een goede
ontwikkeling van een persoon. Naast de
dagelijkse activiteiten (nitya kriya) zijn er
de sanskaars welke een individu verricht,
niet op regelmatige basis, maar meer zo nu en
dan.
Functie
en doel van sanskaars
algemeen
De nut van de sanskaars wordt door middel van
de onderstaande voorbeeld verduidelijkt. Een
landbouwer wil bijvoorbeeld groenten gaan
verbouwen. Hiervoor kan hij een keuze maken
hoe hij dat wil doen. Hij kan bijvoorbeeld
lukraak een stukje grond daarvoor gebruiken
zonder te onderzoeken of die grond geschikt
is of niet. Hij kan ook willekeurig zonder te
onderzoeken of die zaden wel geschikt zijn in
de grond stoppen. En hij is klaar. Hij weet
dat die groenten over drie maanden kunnen
worden geoogst, dus moet hij er voor zorgen
dat hij over drie maanden dat komt oogsten.
Een andere landbouwer wil ook diezelfde
groenten gaan verbouwen. Hij gaat niet
lukraak aan het werk. Hij begint eerst een
plan te maken. Hij gaat eerst onderzoeken of
die grond wel goed geschikt is voor die
groente soort. Hij gaat na hoe hij aan
die zaden kan komen die voor een goede oogst
kunnen zorgen. Deze tweede landbouwer gaat
eerst de grond bewerken. (geschikt maken door
bijvoorbeeld eerst om te ploegen, daarna te
eggen om zodoende de zuurgraad van de grond
te verminderen, de grond goed tot rust te
laten komen, te laten rijpen) Daarna gebruikt
hij veredeld zaad die een grote oogst kan
geven. En daarna stopt ook hij het zaad in de
grond. Ook hij weet dat hij na drie maanden
kan oogsten. Maar hij wacht niet tot de drie
maanden voorbij zijn om daarna te komen
oogsten. Hij bewaakt het totale proces vanaf
het moment van het planten. Hij besproeit ze,
bemest ze, zorgt dat onkruid de groenten niet
overwoekeren, past er ook op dat ziekten en
plagen de groenten niet aantasten. Anders
gaat hij over tot tijdige behandeling ervan.
Dan breekt het moment aan dat de groenten
moeten worden geoogst!
De eerste landbouwer ziet tot zijn schrik dat
een deel van zijn groenten dood zijn en de
rest draagt heel weinig groenten. De tweede
landbouwer is trots op zijn veld met
groenten. Ze staan er prachtig bij. En hij
heeft een zeer goede oogst.
Dit zelfde
proces is van toepassing op de mens.
De Rishi's hadden al snel door dat ook in het
leven van de mens het mogelijk is om die
veredeling, die goede ontwikkeling tot stand
te brengen voor zover de menselijke handeling
dat kan beïnvloeden. Ook de mens moet
dan planmatig te werk te gaan, goede
omstandigheden creëren, goede
lichamelijke-, geestelijke- en karakter
eigenschappen (helpen) ontwikkelen,
regelmatige bijsturing verrichten en veel
zorg besteden aan een nog te beginnen leven
of aan het reeds geboren kind. Bij de mens
wordt de vrouw gezien als de grond, de
ontvanger van het zaad. De man wordt gezien
als de schenker van de zaad. Als man en vrouw
de wens koesteren om hun gezin te verrijken
met een kind; en ze willen natuurlijk dat het
kind een gezond en gelukkig kind wordt, dan
zullen ook zij net als de goede landbouwer
planmatig te werk moeten gaan. Zij zullen in
goede harmonie en in overleg met elkaar vele
maatregelen moeten bespreken en ook nemen om
als goede Vader (zaad) en (Moeder) de basis
te leggen voor een gezond kind met goede
karakter eigenschappen. Al deze maatregelen
kunnen we zien als de basis sanskaars. Deze
dienen door de ouders te worden verricht voor
de geboorte van het kind. Ze worden daarom
ook de prenatale sanskaars genoemd. De man en
vrouw zullen in goed overleg met elkaar
bewuste keuzes moeten maken ten aanzien van
hun voedsel, drank, lectuur, ontspanning,
rust en slaap. Beiden zullen hun uiterste
best voor moeten doen om vriendelijkheid,
eerlijkheid, rechtvaardigheid,
hulpvaardigheid tot hun deugd te maken. Het
ontwikkelen van goede karakter eigenschappen,
kennis en vaardigheden, en vermijden van
alcohol, drugs, sigaretten en verder al
datgene dat kan bijdragen tot het ontwikkelen
van goede eigenschappen, behoort eveneens tot
de zaken die met elkaar worden besproken /
afgesprokenen ook nageleefd.
Pas wanneer vader en moeder op deze wijze
zich hebben ingezet om naar beste vermogens
de goede eigenschappen aan te kweken, breekt
het moment aan dat zij overgaan tot de daad
die moet leiden tot de zwangerschap van de
vrouw.
De Zaad die
moet ontkiemen, moet zo leiden tot de vorming
van een gezond kind met vele goede
eigenschappen die vader en moeder zouden
kunnen beïnvloeden.
Ook na de conceptie, tijdens de zwangerschap
en de lichamelijke vorming van de foetus en
de geestelijke vorming van de foetus, hebben
de ouders een grote zware
taak.
Al die
maatregelen die de ouders hebben genomen zijn
delen van de Sanskaars.
Na de geboorte van het kind begint de fase
van de verzorging. Denk aan de zorg van de
plantjes die ontkiemen en die vanaf dat
moment worden verzorgd middels handelingen
als besproeien, bemesten, onkruidbestrijding.
Dit zijn stuk voor stuk voorbeelden van de
sanskaars. In het leven van het kind zorgen
de sanskaars er voor dat het kind in een goed
milieu, onder goede omstandigheden, met
regelmatige scholing, begeleiding,
bescherming en zorg op kan groeien tot een
ideale wereldburger. Natuurlijk is het
bereiken van dit ideaal niet alleen
afhankelijk van de ouders, maar daarnaast
spelen ook andere factoren een rol. Denk aan
het milieu en de omstandigheden waarin de
ouders moeten leven, de mogelijkheid van
voldoende scholing, de armoede, het
staatsbestel, de democratische vrijheden enz.
Deze externe factoren, die factoren die de
ouders niet in de hand hebben, kunnen zowel
voor de ouders als voor hun kind een grote
hindernis gaan vormen voor de goede
ontwikkeling van het kind. En zoals dat voor
alle mensen geldt, zullen ook hier de Bhakti
(geloof, toewijding), de via de ouders
meegekregen goede eigenschappen, samen met de
positieve karma's die uit de vorige levens
zijn meegenomen het kind verder ondersteunen.
Voor de rest zijn wij afhankelijk van de
Goddelijke genade.
De vedische griha
sanskaars (huishoudelijke zuiveringsrituelen)
worden niet gericht op de Allerhoogste
Persoonlijkheid Gods, maar worden door de man
voor zijn vrouw en kinderen verricht, in
specifieke perioden in de ontwikkeling van
het kind.
De vedische sanskaars, beginnend bij
garbhadhana (bevruchtingsritueel) en
eindigend met het huwelijk van het kind,
zuiveren de persoon gedurende progressieve
stadia in het familieleven. Twee van deze
sanskaars geven een verandering van de
aashram (levensorden) weer: upnayan, waarbij
het kind een brahmachari (student) wordt, en
wiwaah, of huwelijksceremonie waarbij een man
een grihastha (huiselijk leven) wordt. Voorts
is er de antyesthi (overlijdingsrituelen) die
voor iedereen worden verricht ongeacht
familie relaties. Aangezien de sanskaars deel
uitmaken van de oorspronkelijke oertraditie,
zouden deze vereeuwigd moeten worden voor
zowel de materiële als spirituele
voorspoed van de mensheid. Daarom zou het
uitvoeren van deze sanskaars niet gestopt
moeten worden. Volgens de Vedische
Geschriften zijn activiteiten in de
geaardheid goedheid gunstig om te vorderen op
het pad naar bevrijding uit deze materiele
natuur. Door middel van sanskaars kunnen we
de relatie heiligen tussen:
-ouders en kinderen: garbhadhaan, pumsavana,
siemantonnayan, nieskraman, naamkaran,
mundan, anna-prashna, karna vedha.
-echtgenoot en echtgenote: wiwaah
-guru en discipel: widyarambha, upnayan
-mensen onderling op deze planeet: homa's,
jagya's
-mensen en overledenen: antyesthie
-mensen en dewta's: homa's, jagya's
-sadhu's en God: homa's, jagya's
Janmana
jayate shudra samskarad bhaved dvijah
Veda-pathad bhaved vipro brahma janititi
brahmana
"Bij de
geboorte is iedereen een shoedra, maar door
het ondergaan van de nodige sanskaars wordt
men een tweemaal geborene en kan een brahmana
worden. Na de Veda's bestudeerd te hebben kan
iemand een vipra worden en door realisatie
van Brahman wordt men werkelijk een
brahmaan."
Adhikaar-kandidaat
voor sanskaars
Volgens
de shaastra's zou iedereen die geboren wordt
sanskaars moeten ondergaan. Vrouwen ondergaan
eveneens de riten. In het algemeen moet de
getrouwde man de verrichter van de riten zijn
(voor zijn vrouw en zijn kinderen). Binnen de
vedische leringen vinden we twee paden:
pravritti marga en nivritti marga. Pravritti
heeft betrekking op de karma-kandiya's en
grihastha's die naast de weg van dharma, en
moksha ook artha en kama verlangen. Nivritti
marga heeft betrekking op de onthechte
levensorde (sanyaas, tyaga).
Een vritti is een impressie die we opdoen in
ons dagelijks leven via onze zintuigen. Leven
in een bepaald specifiek milieu en omgang met
een bepaalde groep mensen zal daardoor een
bepaalde impressie op ons achterlaten wat ons
karakter zal vormen.
Bij de
Aarya Samaadj wordt bij elke sanskaar een
havan jagya (gebed/vuuroffer) vooraf gedaan
en dan volgt de ceremonie. In de
Sanskaar-Vidhi is beschreven op welke wijze
de Sanskaar moet worden uitgevoerd, welke
mantra's daarvoor dienen en welke regels in
acht moeten worden genomen. Bij de wiwaah
sanskaar wordt een aanvang gemaakt met de
Waakdaan ceremonie (Var-chekay), het woord
geven door de bruidegom/reserveren van de
bruid. Het Tilakritueel ontbreekt. De
huwelijkplechtigheid start met de
verwelkoming van de bruidegom met een mala
door de bruid. De gowdaan en sindhoerdaan is
eveneens een essentieel onderdeel van de
wiwaah sanskaar. Deze wordt na de biday
(afscheidsceremonie) afgesloten met een
havanjagya terstond na de aankomst van de
bruid bij de schoonouders of in haar
toekomstige woning. De Antyeshtie Sanskaar
(16de) geschiedt na de dood, wanneer de ziel
het lichaam heeft verlaten. Op de dag van de
crematie vindt een gebedsritueel met
vuuroffer plaats en na de crematie tot slot
een zuiveringsritueel wederom door middel van
gebed/havanjagya ten behoeve van de
nabestaanden en familie.
De Hare
Krishna's volgen de regels voor het
verrichten van de sanskaars die door Gopal
Bhatta Goswami is opgesteld uit verschillende
Heilige Geschriften. Dit wordt de Vaisnava
Sanskaar vidhi genoemd. Vaishnavas zijn
toegewijden van Heer Vishnu die Hem
aanvaarden als de Allerhoogste
Persoonlijkheid Gods.(Bhagwaan). De
toegewijden (bhakt's)verrichten de sanskaars
om dichter tot de lotusvoeten van Shri
Bhagwaan te komen. De laatste sanskaar, de
antyesthie sankaar wordt later
besproken.
De
16 sanskaars met betekenis en specifieke
functie
In het leven van de Hindoe spelen Sanskaars
(heilige Sacramenten) een grote rol. Zijn
leven begint met Sanskaar en eindigt met
Sanskaar. Het Antyesthie Sanskaar
(ceremonieën horend bij de crematie of
begrafenis) is de 16 e en laatste Sanskaar.
De Mahabharat somt er 48 op in totaal.
Daarnaast zijn er nog zegeningsriten als de
Griha-pravesh.De Griha Prawesh (binnengaan in
een nieuw huis) ceremonie wordt toegepast bij
het binnengaan van een nieuwe woon-, werk
faciliteit, zoals een huis, winkel, centrum
etc. Door het verrichten van deze ceremonie
worden ongunstige levende wezens en
ongunstige invloeden die in en om het huis
aanwezig zouden kunnen zijn, vergejaagd en
worden gunstige vibraties aangetrokken. De
bedoeling van de Sanskaars is eerder al
uitgelegd. Hier dus een kort resumé
van de 16 sankaars:
1. De Garbhadhaan Sanskaar (de conceptie)
2. De Punsawan Sanskaar (ceremonie om moeder
en kind te zegenen)
3. De Siemantonnayan Sanskaar (ceremonie
waarbij ouderen uit de familie samen
met het echtpaar rituelen verrichten.)
4.De Jaatkarma Sanskaar (bij en direct na de
geboorte)
5. De Naamkaran Sanskaar (de naamgeving)
6. De Nieskraman Sanskaar (kennismaking met
de natuur en planeten)
7. De Annaprasha Sanskaar
8. De Chrakarma of muran Sanskaar
9. De Karnawedh Sanskaar
10. De Upnayan Sanskaar
11. De Widdyarambh of Wedarambh Sanskaar
12. De Samaawartan Sanskaar
13. De Wiwaah Sanskaar (het huwelijk)
14. De Waanprasth Sanskaar
15. De Sanyaas Sanskaar
16 De Antyeshtie Sanskaar
1.
De Garbhadhaan Sanskaar (conceptie)
Veredeld
zaad en (humusrijke) goede grond zijn de
eerste voorwaarden voor een goede oogst. Zo
zijn goede, gezonde, geestelijk in balans
zijnde, in harmonie met elkaar levende
echtparen de eerste voorwaarden voor de
geboorte van een gezond en gelukkig kind. In
de Heilige Geschriften wordt er op gewezen
dat te jonge kinderen niet voldoen aan die
voorwaarden. Daarom werd een minimum leeftijd
van 16 jaar voor een vrouw en 25 jaar voor
een man aanbevolen. Tevens werd vermeld dat
het beter zou zijn wanneer de vrouw 18 jaar
of ouder is. Er werd op gewezen dat het
echtpaar veel aandacht zou moeten besteden
aan uitgebalanceerd, energierijk, vegetarisch
voedsel. Het gebruik van sigaretten,
alcoholische dranken werd ten strengste
afgeraden. Het denken en handelen moet
positief zijn. Wanneer de datum van de
geslachtsdaad in goed overleg met elkaar is
vastgesteld door man en vrouw, wordt overdag
gezamenlijk gebeden, wat godsdienstige
rituelen verricht en khier (rijst gekookt in
melk waaraan suiker enz is toegevoegd) als
offerspijs geofferd. Daarna gebruikt men
gezamenlijk die Prasaad en een maaltijd. 's
Avonds vindt de geslachtsdaad plaats op een
volledig ontspannen manier na een
gebed.
2.
De Punsawan Sanskaar (ceremonie om moeder en
kind te zegenen)
In de tweede of derde maand van de
zwangerschap wordt door ouders en familie
gebeden om Gods zegeningen voor moeder en
kind. Dit gebeurt door middel van het
verrichten van een korte godsdienstige
ceremonie. De familie moet de moeder in deze
periode goed ondersteunen. Echtgenoot,
familie en anderen zullen er op moeten letten
dat de rust en harmonie tussen echtpaar
bewaard blijft, en dat gelet wordt op voedsel
en drank die de vrouw gebruikt. Dat er geen
omstandigheden worden gecreëerd door
anderen en ook niet door de vrouw, die kunnen
leiden tot stress, woede, verdriet enz. van
de moeder (vrouw).
3.
De Siemantonnayan Sanskaar
Dit is
eveneens een ceremonie waarbij ouderen uit de
familie samen met het echtpaar wat rituelen
verrichten. De bedoeling is om telkens weer
goede aandacht en zorg te besteden aan het
welzijn van moeder en kind, zodat het kind
goed en gezond kan blijven groeien en
ontwikkelen. Dit gebeurt op een speciaal voor
deze ceremonie voorgeschreven dag in de
vierde maand van de zwangerschap. Vooraf moet
Khier of Khietjarie (rijst gekookt met een of
meerdere soorten erwten, specerijen) worden
klaargemaakt. Hiermee verrichten man en vrouw
een vuuroffer. Verder zijn er andere rituelen
die worden verricht. Zo staat aangegeven dat
de man het haar van zijn vrouw moet insmeren
met goedgeurende olie. Daarna moeten zij de
plaats waar de rituelen zullen plaatsvinden
betreden. Ze worden op dat moment meestal met
muziek en gezang uit de Saam Veda verwelkomd.
Vervolgens wordt de resterende Khietjarie
vermengd met ghee (geklaarde boter). De vrouw
wordt gevraagd om haar gezicht te bekijken in
de ghee en te vertellen wiens gezicht ze
heeft gezien als spiegelbeeld. En als laatste
nodigen oude wijze vrouwen uit de familie de
vrouw uit om tussen hen plaats te nemen. Dan
moet zij na een kort babbeltje met hen de
resterende Khietjarie opeten. Tijdens het
eten wordt zij door de oudere vrouwen met een
Mantra gezegend.
Deze drie
Sanskaars worden de prenatale Sanskaars
genoemd, Sanskaars die vóór de
geboorte plaatsvinden. Daarna volgen de
postnatale Sanskaars.
4.
Jaatkarma Sanskaar (bij en direct na de
geboorte)
Hier verricht de vader de ceremoniën.
Even voor de bevalling wordt op het lichaam
van de vrouw onder het uitspreken van
mantra's water gesprenkeld. De vader gaat
bidden met enkele mantra's en een klein
vuuroffer verrichten. Na de geboorte van het
kind neemt de vader een voor dit doel
klaargemaakt dun staafje van goud in zijn
hand. In een schaal is inmiddels wat ghee en
evenveel honing klaargelegd. De vader doopt
de gouden staaf in het mengsel en schrijft
het woord Aum op de tong van het kind en
fluistert in het rechter oor van het kind het
volgende "Vedo - asitie", onthoud dat "Veda"
jouw geheime naam is! Daarna krijgt de baby
een druppel van de honing en ghee op zijn
tong onder het uitspreken van mantra's. Met
het uitspreken van weer andere Mantra's ruikt
hij het hoofd van het kind. Vervolgens
spreekt hij mantra's uit en vraagt zijn vrouw
om het kind eerst haar rechter borst en
daarna haar linker borst te geven. Deze
sanskaar wordt afgesloten met het reciteren
van mantra's. Let er ook op dat de vader
tijdens deze periode een onreine status heeft
en geen Mandir gaat bezoeken.
5.
Naamkaran Sanskaar
(naamgeving)
Er zijn twee soort namen die aan het kind
worden gegeven. Volgens wettelijk voorschrift
moet de geboorte binnen enkele dagen worden
aangemeld om te worden opgenomen in de
bevolkingsadministratie van de gemeente waar
men woont. Dat is de officiële naam
waaronder het kind overal bekend zal zijn en
die op zijn paspoort zal staan. Daarnaast
hebben de Sanatanies een speciale naam; een
soort geheime naam die alleen de ouders (en
als de ouders dat willen ook de grootouders)
en het kind zelf zullen kennen. Bij de keuze
van de voornamen zijn de ouders vrij. De
geheime naam, die Rashie ké naam wordt
genoemd, wordt gegeven door de priester. In
India gebeurt dat op de twaalfde dag na de
geboorte. Maar in Suriname en ook in
Nederland tracht men dit zo snel mogelijk te
bespreken met de pandit (priester). Voor deze
Rashie ké naam moet de pandit de
exacte gegevens van plaats, dag en tijd van
de geboorte weten. Hiermee gaat hij aan de
slag om aan de hand van zijn patra (een soort
religieuze almanak) een aantal belangrijke
astrologische gegevens over het kind vast te
stellen. Dat wordt dan zijn Djanam Patrie
(horoscoop). De naam hangt dus af van het
gesternte waaronder de geboorte heeft
plaatsgevonden. Hierbij is de exacte tijd van
geboorte zeer belangrijk. De rashie ké
naam wordt alleen gebruikt wanneer een
horoscoop moet worden getrokken en moet
worden nagegaan of het leven van iemand door
de invloed van bepaalde gesternten al dan
niet negatief wordt beïnvloed. Men
gebruikt het ook om te vergelijken of twee
mensen die met elkaar willen trouwen wat
betreft hun karakter wel of niet bij elkaar
passen. Bij het huwelijk, katha's (poedja in
huiselijke sfeer) enz. vraagt de pandit ook
naar deze naam.
Een ander zeer
belangrijk aspect bij de naamgeving is de
keuze van de voornaam. De ouders zijn
volkomen vrij in de keuze van die namen. Toch
zou er voor gepleit moten worden dat er goed
nagedacht wordt bij het maken van de keuze.
Er zijn mensen, dit is geen grap, die Bielaar
(kat), Koetta (hond), Jhanjhan, Rawan,
Bhondoe zijn genoemd door hun ouders. U kunt
zich voorstellen dat zij zich soms niet zo
prettig zullen voelen wanneer zij zich moeten
voorstellen aan anderen. Maar ook een andere
trend zien wij tegenwoordig vaak. Hindoe
kinderen hebben namen als Guillermo, Kees,
Klaas, Juan, Michael. Deze integratie van
onze kant zien we echter nooit opvolgen door
andere groepen. Er zijn geen autochtone
Nederlanders, Fransen, Duitsers, Engelse,
Spanjaarden, Italianen, Amerikanen enz die
hun kind mooie Hindoe namen geven. Kennelijk
heeft de naam Wim of Piet voor hen meer
waarde dan zo'n (in hun denken
minderwaardige) namen als bijvoorbeeld
Aaryamietra of Prakaash. Een Hindoe naam kan
een bron van inspiratie zijn, een uitnodiging
zijn tot het aankweken van goede
eigenschappen. Denk aan namen als Krishna,
Shraddhanand, Prashaant, Dharma, en duizenden
andere nog mooiere namen, die ook een
bepaalde karaktereigenschap of hoedanigheid
uitdrukken!
6.
De Nieskraman Sanskaar (kennismaking met de
natuur en planeten)
Deze sanskaar vindt plaats op de derde dag
van de derde lichte maanperiode na de
geboorte of in de vierde maand op de datum
van de geboorte van het kind. De bedoeling is
om het kind overdag kennis te laten maken met
de zon als verschaffer van de energie, de
planeten, met de natuur en 's avonds kennis
te laten maken met de maan. Nadat het kind is
gebaad en aangekleed verrichten vader en
moeder alleen of samen met de pandit een
korte gebedsceremonie. Hierna legt de moeder
het kind in de schoot van de vader. De vader
bidt dan met voorgeschreven mantra's.
Vervolgens kijkt hij eerst naar het kind.
Daarna spreekt hij drie andere mantra's uit,
houdt het hoofd van het kind vast en zegent
het kind. Daarna is voorgeschreven om eerst
in het rechter oor en daarna in het linker
oor een aantal mantra's uit te spreken.
Hierna neemt hij het kind naar buiten,
rekening houdend met weer en wind, en laat
het kind kennis maken met de zon. Hij spreekt
daarbij ook mantra's uit en bidt voor een
lang en gezond energievol leven voor het
kind. Hij maakt in de frisse lucht een korte
wandeling met het kind en brengt het kind
weer naar binnen waar familieleden aanwezig
zijn. Allen spreken hierna deze korte Mantra
uit:"twam jiewam sharadah shatam
wardhamaan".
's Avonds laat de vader het kind ook kennis
maken met de maan. Zo wordt naast God tot de
aarde, zon, maan, wind en natuur gebeden voor
een voorspoedig leven voor het kind op deze
aarde.
7.
Annaprashna Sanskaar
Wanneer het kind zover is dat het vast
voedsel kan verwerken, dan wordt eerst een
ceremonie verricht en gebeden. Men kookt
rijst met ghee of rijst met yoghurt, ghee en
honing. Samen met de pandit wordt middels
voorgeschreven mantra's een vuuroffer
verricht. Daarna krijgt het kind voor de
eerste keer in zeer kleine porties enige
hapjes van de rijst te eten. Ondertussen
bidden de pandit en andere aanwezigen de
voorgeschreven mantra's.
8.
Churakarma of Muran
Sanskaar
Bij deze sanskaar wordt voor de eerste keer
het hoofd van het kind kaalgeschoren. Het
vindt plaats in het eerste of derde jaar.
Maar om diverse praktische redenen gebeurt
het ook in de derde of in andere oneven
maanden. Het
scheren van het hoofdhaar gebeurt om diverse
redenen. Ten eerste is er het
reinigingsaspect, omdat het haar waarmee het
kind is geboren in de baarmoeder is begonnen
te groeien. Het wordt daarom als uiterlijke,
lichamelijke onreinheid gezien. Daarnaast is
er de geestelijke reinheid die aandacht
verdient. Bij deze ceremonie wordt aan beide
aspecten aandacht besteed. Voor men aan de
geestelijke reinheid gaat beginnen zal men
normaliter eerst denken aan de lichamelijke
reinheid. Daarom het kaalscheren van het
haar. Vervolgens wordt het kind gebaad om het
hele lichaam schoon te wassen. Daarna wordt
het kind aangekleed met nieuwe, schone
kleding. Lichamelijke reinheid is zeer
belangrijk. Maar nog belangrijker is de zorg
om de menselijke geest zuiver en rein te
houden.
Het
Hindoeïsme hecht grote waarde aan de
Karma leer. Dat betekent dat de Karma van de
mens hoe dan ook zal leiden tot positieve of
negatieve resultaten. Is het niet in dit
leven, dan in een volgend leven. En de
Hindoes geloven in de leer van de
reïncarnatie, de wedergeboorte. Indien
de resultaten uit het vorig leven positief
zijn geweest dan is dat een pluspunt voor dit
leven en natuurlijk mooi meegenomen. Maar
indien de ziel die nu een plaats heeft
gevonden in het lichaam van dit kind, in het
vorig leven veel meer negatieve daden zou
hebben verricht, dan zal dit kind daarmee ook
te maken krijgen in een negatieve zin. Maar
wij mensen zijn niet in staat te weten wat
voor daden het zijn geweest. Vandaar dat het
heel belangrijk is om de zegeningen van God
af te smeken voor het jonge kind om eventuele
negatieve invloeden te neutraliseren. Daarom
wordt bij deze sanskaar meer de nadruk gelegd
op het gebed en de ceremoniën.
Het hoofd is al kaalgeschoren, en er wordt op
het hoofd van het kind een Aum teken
aangebracht. Dit Aum teken is de naam van
God. Nu het hoofd is gezuiverd van het
onreine haar, en de naam van God op het hoofd
is aangebracht, wordt tot God gebeden om het
kind te zuiveren van negatieve invloeden en
het kind altijd bij te staan.
9.
De Karnawedh Sanskaar
Met het verrichten van religieuze
ceremoniën worden bij alle kinderen
gaatjes geprikt in de oorlellen. Vroeger
droegen jongens ook oorbellen in de oren
(bala's). Verder wordt gezegd dat door het
prikken van de gaatjes het kind minder last
heeft van bepaalde ziekten of
pijnen.
10.
De Upnayan Sanskaar
Deze sanskaar is bij de mensen beter bekend
als de Djanew Sanskaar. Het is een inwijdings
sanskaar waardoor het kind een volwaardig lid
wordt van de Hindoe gemeenschap. Hierdoor
wordt hij tevens in staat gesteld om op
latere leeftijd ook als Hindoe priester zijn
gemeenschap te dienen. Na de religieuze
plechtigheden hangt de guru samen met de
ouders een ingewijd koord, een sacraal koord
-de Djanew of Jagyaopwiet- om de hals van het
kind. Deze jagyopwiet wordt zo gedragen dat
het op de linkerschouder komt te rusten en
via de borst en hart van het kind komt te
liggen onder zijn rechter arm.
Mensen weten niet beter dan dat deze sanskaar
alleen is voorbehouden aan kinderen van
Brahmaanse families. Dit is een misvatting.
Ieder kind dat kan voldoen aan de voorwaarden
die worden gesteld om na deze plechtigheid de
regels na te leven, komt in aanmerking voor
deze sanskaar. Dit is het uitgangspunt van de
Aarya Samaadj en de Karmawadische Sanatanies.
Het is volgens de Sanatan Dharma zeker
toegestaan voor alle kinderen van de klasse
der Brahmanen, de Kshatries en de Waishya's.
Na deze sanskaar treedt het kind een nieuwe,
bijzondere fase van zijn leven in. Het wordt
gezien als de "tweede geboorte" van het kind.
De fase waarin hij zich zelf middels gerichte
kennis (de studentenfase begint nu immers) en
vaardigheden gaat leren ontwikkelen tot een
goed mens; tot een volwaardig lid van de
maatschappij. Het is ook de fase waarin hij
leert om als een Brahmacharya te leven. Dit
houdt in dat hij gedurende zijn studenten
periode kuisheid moet betrachten. Voor het
kunnen werken als een Hindoe priester is het
-zeker bij de Sanatanies - een vereiste dat
deze sanskaar al moet hebben plaatsgevonden.
Tijdens deze ceremonie wordt het hoofd van
het kind kaal geschoren, hij krijgt een
bamboe stok aangereikt, om zich de
verdedigingstechnieken eigen te maken waarmee
hij zichzelf en anderen kan beschermen. Hem
wordt ook geleerd om nimmer - zonder
werkelijke noodzaak -geweld tegen anderen te
gebruiken. Tevens wordt hij erop gewezen dat
zij die lijdelijk onrecht toestaan, laten
plaatsvinden, zelf worden gezien als plegers
van dat onrecht. Bamboe wordt speciaal
uitgekozen om aan te geven dat die stok is
samengesteld uit diverse kleine stukken die
aan elkaar zijn gegroeid. Dat dient als
voorbeeld voor de saamhorigheid tussen
mensen, wil men sterk staan. Hem wordt ook
gevraagd om te kijken naar de zon. Daarna
wordt hem verteld dat hij moet trachten de
zon als voorbeeld te nemen voor een
dienstbaar leven. De zon dient de totale
Schepping. En houdt geen moment op om anderen
te dienen. Hij brengt licht in het duistere
leven van anderen en verdrijft de duisternis.
Zo zal ook het kind een dienaar moeten zijn
van God en alles wat door God is geschapen.
Hij zal nimmer iets doen om duisternis
(ellende problemen enz.) te veroorzaken in
het leven van anderen. Hem wordt ook geleerd
om dagelijks zijn leven te beginnen en te
eindigen met gebed en ook dagelijks de
Gayatrie Mantra (op zijn lichaam is de Djanew
het symbool van de Gayatrie) ten minste 108
maal te reciteren. De Gayatrie Mantra is de
moeder van de kennis (Ved-mata) en ook zijn
guru heeft hem deze mantra
aanbevolen.
11.
De Widdyarambh of Wedarambh
Sanskaar
In feite is de jagyopwiet Sanskaar de
voorloper van deze sanskaar, omdat de guru
zijn leerling daarin aangeeft om dagelijks
zijn leven met de Veda mantra te beginnen.
Veda betekent weten, kennen, widya. Deze
sanskaar draagt ook deze twee namen. Als
ouders hun kind geen goede lichamelijke
verzorging geven en niet letten op zijn
voeding en kleding dan worden zij er over
aangesproken. Ze kunnen zelfs de voogdij over
hun kind verliezen. Precies zo zullen ouders
worden aangemerkt als slechte ouders, als ze
hun kind de vereiste geestelijke en
intellectuele opvoeding onthouden. In de
Hindoe filosofie is widya, kennis,
(gesymboliseerd door de Veda's) de grootste
schat van de mens. Bij deze sanskaar worden
eerst de gebruikelijke religieuze
ceremoniën verricht, waarbij wordt
gebeden tot Ganesh en Saraswatie mata. Zij
worden gezien als de vertegenwoordigers van
God voor wat betreft de aspecten verstand en
kennis. Verstand heeft ieder mens en kennis
moet men zich eigen maken. Diploma's (kennis)
geven toegang tot deelname in het
maatschappelijk verkeer. Het Hindoeïsme
stimuleert dit daarom heel erg. Maar toch
geeft het aan dat de finishing touch, de
vervolmaking van die kennis wordt bekroond
door de ontwikkeling en zuivering van de
verstandelijke vermogens. Zelfs de grootste
geleerden kunnen hun kennis misbruiken en
alleen het zuivere geweten en verstand zal
hen daartegen kunnen behoeden. Kennis en
verstand moeten de mens vormen tot een
gemeenschapswezen.
12.
De Samaawartan
Sanskaar
Na het afsluiten van zijn studie op ongeveer
25 jarige leeftijd (men gaat ervan uit dat
hij dan op universitair niveau is gevormd)
neemt de student afscheid van zijn guru. Met
een plechtigheid en gebed wordt de studietijd
afgesloten. De leerling geeft een geschenk
aan de guru als dank. Soms vraagt de guru om
een belofte die hij moet
waarmaken.
13.
De Wiwaah Sanskaar (het
huwelijk)
In feite is na de Mundan Sanskaar de Wiwaah
Sanskaar thans de bekendste sanskaar voor de
Hindoes in Suriname en Nederland. Het proces
van scholing is thans afgesloten. Het is
voorbij met een leven waarin de voornaamste
zorg was om goed te presteren op school of
universiteit. Een leven vol maatschappelijke
verantwoordelijkheden met rechten en vooral
plichten moet nu beginnen. De fase van de
gezinsvorming vangt na enige tijd aan. Twee
jonge mensen zullen een nieuw leven gaan
beginnen. Met het huwelijk sluiten man en
vrouw de periode van de jeugd af en doen hun
intrede in de fase van het gezinsleven die de
Grihast Aashram wordt genoemd. De traditie
van het gearrangeerde huwelijk van vroeger
heeft plaats gemaakt voor een huwelijk
waarbij de keuze door de partners zelf wordt
gemaakt. Een enkele keer wordt door de
familie iemand voorgesteld waarna het maken
van de keuze geheel wordt overgelaten aan de
twee mensen. Het huwelijksgebeuren wordt in
de volgende 5 fasen onderverdeeld.
De Barchekay
Dit is de ceremoniële verloving. In het
Sanskriet wordt het Waakdaan (het geven van
het woord) genoemd. Hierbij komt de vader van
de bruid met enkele naaste familieleden naar
het (ouderlijk) huis van de bruidegom. Hij
heeft geschenken meegenomen voor zijn
aanstaande schoonzoon. Terwijl de pandit de
mantra's uitspreekt, geeft hij de vader van
de bruid de gelegenheid om te bevestigen dat
zijn dochter haar wil kenbaar heeft gemaakt
om met de jongen te willen trouwen.
Tilak Sanskaar.
Een week voor de vastgestelde datum van het
huwelijk vindt de Tilak Sanskaar plaats.
Tegenwoordig is dat meestal twee dagen voor
het huwelijk. Op deze dag worden de eerder
gedane beloften tussen beide partijen opnieuw
herhaald en definitief gemaakt. Ook nu is de
pandit er bij en bekrachtigt de beloften door
middel van het uitspreken van de mantra's.
Hierbij brengt de vader van de bruid met
chandan (sandelhoutpoeder) een tilak
(ereteken) aan op het voorhoofd van de
bruidegom.
Bhatwaan.
Bij beide partijen vindt thuis een religieuze
plechtigheid plaats waarbij de ouders samen
met hun zoon of dochter bidden tot God en de
Koeldewta (persoonlijke God van hun geslacht)
om het nieuwe echtpaar te zegenen en
uiteraard ook de hele familie en het gezin te
zegenen. Bij beide families vindt 's avonds
een ceremonie plaats waarbij de vrouwen aan
zet zijn. Het wordt de Lawa Bhunjayie
genoemd. Hierbij wordt padie of mais
geroosterd. De geroosterde padie of mais
wordt lawa (popcorn) genoemd. De lawa zal op
de dag van het huwelijk nodig zijn voor het
vuuroffer.
Kunvarpan Utarna.
Bij beide partners vindt eerst een ritueel
plaats die wij Kunvarpan Utarna (het
beëindigen van het jongelingschap)
noemen. Hierbij krijgen 5 of 7 ongehuwde
(kunwar) jongens en of meisjes khier
(rijstebrij) te eten. Daarnaast zijn er
enkele andere rituelen waaronder het
beëindigen van de moederlijke zorgen
voor haar zoon. Hij neemt afscheid van de
moeder om te vertrekken naar het ouderlijk
huis van de bruid waar het huwelijk zal
worden voltrokken. Daarna zal hij met zijn
vrouw terugkeren zodat ook zij zijn moeder
kan helpen.
Wiwaah Sanskaar.
Het huwelijk
wordt voltrokken door de pandit. Van de vele
handelingen die hierbij worden verricht, zijn
de hier volgende de
allerbelangrijkste.
1.
De Kanya Daan, het schenken door de ouders
van hun dochter aan de bruidegom. De
handen van de dochter worden in de handen
van de schoonzoon gelegd. Vanaf dat moment
neemt hij als man alle zorgen over. Het
betekent niet dat de man vanaf dat moment
een soort eigenaar is van zijn vrouw en
dus met haar kan doen en laten wat hij
wil. Zij is geen voorwerp dat als gift aan
iemand kan worden gegeven. Hier heeft het
een symbolische betekenis van het
verenigen van twee mensen met elkaar.
Bovendien is God de enige echte eigenaar
van het leven van ieder mens. Opmerking:
Kanya betekent dat de dochter nog een
maagd is. Als men eerst samenwoont en
daarna nog Kanya Daan wil doen dan kan dat
in feite niet. Die dochter is geen Kanya
meer!
2.
De Sat Bhaanwar, het zeven maal
gezamenlijk om het heilig vuur lopen.
Hierbij wordt ten overstaan van alle
aanwezigen en het goddelijk vuur door
beiden de eed afgelegd dat zij elkaar voor
vele levens als man en vrouw
accepteren.
3.
De Sapt Pedie. Het gezamenlijk en
gelijkmatig zetten van zeven stappen
voorwaarts. Dit om aan te geven dat zij
vanaf dit moment onder alle
omstandigheden, in voor en tegenspoed,
samen stappen zullen zetten om dit leven
tot een succes te maken. Vooruit kijken is
het motto; terugblikken heeft geen zin
meer.
4.
De Asan privartan. De man vraagt aan de
vrouw om nu op te staan en plaats te nemen
aan zijn linkerzijde. Voortaan is haar
plaats aan zijn linkerzijde, waar zijn
hart ligt. Zij is van nu af aan een deel
van zijn lichaam, en haar plaats is vanaf
nu in zijn hart.
5.
De Sindoer daan. Hij brengt op het
voorhoofd van de vrouw, bij de scheiding
van het haar, een teken aan met sindoer
(vermiljoen poeder). Het huwelijk is niet
volledig zonder de Sindoer.
Na enkele
andere rituelen wordt de huwelijksceremonie
afgesloten en afhankelijk van de
omstandigheden zal de stoet met de bruid
samen terugkeren naar het (ouderlijk) huis
van de bruidegom. De moeder van de bruidegom
staat klaar om haar zoon en schoondochter te
verwelkomen. Dat gebeurt met veel pracht en
praal waarbij de moeder haar schoondochter
het huis binnenhaalt als ware zij de godin
Lakshmi zelve. Men noemt dit de
Vadhu-Pravesh. Een dag later wordt in
huiselijke kring de laatste rituelen verricht
door de moeder van de bruidegom samen met
andere vrouwen, waarmee de totale
plechtigheid wordt afgesloten. Het echtpaar
treedt een nieuwe fase van het leven, het
gezinsleven (de Grihast Aashram)
binnen.
14.
De Waanprasth Sanskaar
Het gezinsleven begint langzamerhand een
andere wending aan te nemen wanneer de wat
oudere kinderen een deel van de zorgtaken
voor hun jongere broers en zussen op zich
kunnen nemen om zo hun ouders een beetje te
ontlasten. De zorgen van de ouders zullen
naarmate de kinderen ouder worden beginnen af
te nemen. En als de kinderen zijn getrouwd
dan neemt het zodanig af dat ze na hun
pensionering veel meer vrije tijd zullen
hebben. In de Indiase traditie was dat de
tijd dat de man zich terugtrok uit het
gezinsleven en zich ging vestigen in het
woud, het bos. Bos wordt in het Hindi "wan"
genoemd. Vandaar de naam Waanprasth (de trek
naar het bos). Het gezinsleven moet nu plaats
maken voor gebed, overpeinzing en zich
dienstbaar maken voor land en volk. Zij
moeten de gemeenschap dienen door het
initiëren, ondersteunen en ontplooien
van activiteiten ten behoeve van deze
gemeenschap. Soms wil of kan de vrouw niet
meegaan. Hij of beiden verlaten na de
vereiste ceremoniën het huis en trekken
het bos in.
15.
De Sanyaas Sanskaar
Na zijn krachten te hebben gegeven voor het
welzijn van de gemeenschap bereikt het
lichaam een punt waarop lichamelijke
inspanning, het verplaatsen enz. steeds
moeilijker wordt. Het punt is dan bereikt om
zich volledig terug te trekken van de
materiële wereld. En toch zullen ze zich
verder dienstbaar willen maken. Dat doen ze
dan door het doorgeven van hun kennis aan
anderen. Zij hebben de plichten die op iedere
mens rusten volledig vervuld, en zodanig
volgens de dharma geleefd, dat ook na de dood
in feite geen rituelen meer hoeven te worden
verricht voor hem of haar.
16
De Antyesthie Sanskaar
Dit is de
laatste Sanskaar waarbij het lichaam weer
wordt teruggegeven aan de vijf elementen
waaruit het lichaam is opgebouwd. De
bedoeling van het leven moet zijn om zo te
leven dat wij het lichaam ook in goede, reine
staat, dus niet bezoedeld met zonden en
wandaden, kunnen teruggeven aan God die ons
dit leven gaf en het lichaam voor enige tijd
ter beschikking had gesteld. Het
Hindoeïsme heeft altijd de voorkeur
gegeven aan crematie boven de begrafenis. Een
andere vorm was in het verleden (nu dus niet
meer) om het lichaam aan het water van een
rivier toe te vertrouwen. Het streven van de
mens moet zijn om te zorgen dat over zijn
leven na zijn dood geen negatieve opmerkingen
kunnen worden gemaakt. Na het wassen van het
lijk, wordt het aangekleed. Vervolgens vinden
er rituelen plaats waarbij wordt gebeden voor
de zielerust van de overledene. Bij de ouders
is het meestal de oudste zoon die volgens
aanwijzingen van de pandit de
ceremoniële handelingen verricht. Daarna
vindt de crematie plaats. In India en
Suriname wordt het lichaam in de open lucht
aan de oever van een rivier op een
brandstapel gelegd en daarna vindt de
verbranding plaats. In Nederland is dat in de
crematoria via de elektrische ovens. Thuis
vindt er daarna nog twee maal een ceremonie
plaats waar handelingen worden verricht die
er op gericht zijn dat de ziel zonder
hindernissen zijn weg naar God kan vinden. De
laatste ceremonie vindt plaats op de
dertiende dag vanaf de dag van crematie. En
met deze laatste ceremonie wordt de
onreinheid van de bloedverwanten en de woning
van de overledene en zijn kinderen opgeheven.
Hiertoe wordt het huis en de kleding eerst
goed gereinigd en gezuiverd.
In tegenstelling tot vroeger stappen veel
mensen af van de traditie om ook na zes
maanden en een jaar na de dood weer zo'n
ceremonie te verrichten.
De
antyeshthie sanskaar bij de Hare
Krishna's.
Een oprechte Vaishnava (toegewijde) die Heer
Krishna uit liefde vereert en Zijn namen
chant is er zeker van dat hij de beste
positie zal krijgen om zijn spirituele
activiteiten te vervolgen. De Vaishnava
ceremonie die gedaan worden in het
rouwcentrum zijn:
1. De toegewijden
citeren samen de Brahma-samhita mantras.
2. Een lezing wordt gegeven uit de Bhagwat
Gieta.
3. Een toegewijde besprenkelt het lichaam met
Ganges of ander heilig water, geeft een
mahaprasaad bloemenkrans, Toelsie, ghee en
gopicandana (tilak) aan de overledene. Er
wordt wierook en een ghee lamp geofferd. Er
worden bloemen geofferd.
4. De familie en vrienden komen naar voren en
offeren bloemen en hun laatste woorden. Ze
omcirkelen de overledene drie keer. Dit
gebeurt onder begeleiding van een
kirtan.
Wanneer de
overledene voor de verbrandingskamer wordt
gebracht, worden de volgende mantras
geciteerd:
vaayur
anilam amritam
athedam bhasmaantam shariram
oom krato smara kritam smara
krato smara kritam smara
Betekenis: Laat
dit lichaam tot as verbranden worden en laat
de levensadem opgenomen worden in de totale
hoeveelheid lucht. Heer, herinner nu
alstublieft al mijn offeringen en omdat U de
Uiteindelijke Weldoener bent, herinner
alstublieft alles wat ik voor U gedaan
heb.
agne
naya supathaaraaye asmaan
vishvaani deva vayunaani vidvaan
yuyodhy asmaj juhuraanam eno
bhuuyishthaam te nama-uktim
vedhema
Betekenis: O
Heer, machtig als het vuur, Almachtige, nu
offer ik u alle eerbiedsbetuigingen. Ik val
op de grond aan Uw voeten. O Heer leidt me
alstublieft op de goede weg naar U en daar U
alles weet wat ik in het verleden gedaan heb,
bevrijdt me van alle reacties van mijn
vroegere zonden, zodat deze geen belemmering
vormen voor mijn vorderingen.
aum
kravyaadaya namas tubhyam
Betekenis:
Ik breng mijn eerbetuigingen aan de
persoonlijkheid van crematievuur.
Eindigend
met de mantra voor vrede:
aum
dyauh
shaanti
antariksham shaanti
prithivii
shaanti aapah
shaanti
vaayu
shaanti
tejah shaanti
oshadhayah
shaanti
lokah shaanti
bhraahmana shaanti
vaishnavah shaanti
shaantir astu
dhritir
astu
oom shaanti shaanti shaanti
Na de crematie
wordt het as van de overledene opgehaald en
voor het uitstrooien in de Ganga, Yamuna of
ander heilige rivier of de zee gebracht.